Pagina's

donderdag, november 22, 2007

Ciao Roma!

Korte inhoud:

- In Rome regent het ook.
- Rare jongens, die Romeinen.
- Kerken zijn vaak gesloten ’s namiddags, wie dringend moet bidden kan gelukkig altijd wel in een andere kerk terecht.
- Rome ligt vol met puin, en niet alleen van de rellen na het voetbalfeest.
- Italiaanse chauffeurs zijn zwaar gestoord en bovendien gek.
- Arrividerci Hans!
- Italiaanse vrouwen hebben vaak blond haar en zwarte wenkbrauwen.
- In Rome woont iedereen in een appartement. Bij voorkeur op de vierde verdieping. Zonder trap.
- In Italië kan je ook slecht eten.

Woensdag 14 november.
Ciao Roma!

We hebben geboekt bij de heerlijke no-nonsense vliegmaatschappij RyanAir. Enkele weken geleden dreigden ze nog met een algehele staking, maar gelukkig werd die al snel afgeblazen en konden we ons overgeven aan het sardientjes-gevoel.
Maar we vlogen tenminste. Het duurt trouwens langer om van Gent in Charleroi te geraken dan van Charleroi in Rome. De wonderen der techniek.
In Rome aangekomen gingen we - letterlijk - op zoek naar de B&B. Wendie had gelezen dat die nogal moeilijk te vinden was. En inderdaad, een kritiek die klopte. Maar we werden snel uit de nood geholpen door Anna, die ons naar de kamer bracht.
Op de vierde verdieping. Zonder lift. 98 tredes. Het zou nog een constante worden tijdens onze citytrip.

Het was ondertussen al na 10 uur. Om onze honger te stillen stapten we Trattoria Monti binnen. Daar was alles volgeboekt, maar binnen een minuutje of 10 zouden we plaats hebben.
In Italië wordt laat gegeten. Het is half elf, maar de trattoria zit bomvol en veel mensen moeten hun eten nog opgediend krijgen. We doen ons tegoed aan pasta en vlees en een lekkere fles wijn. Trattoria Monti is een echte aanrader.

Moe en voldaan kruipen we in ons bedje. De nachten in Rome blijken frisjes te zijn. De verwarming doet het niet en we hebben maar 2 dekentjes. Bibber.

Donderdag.


(zouden we?)

We brengen meteen een bezoek aan de Santa Maria Maggiore. De kerk ziet er aan de oostkant nog redelijk sober uit, voor zover dat mogelijk is bij een barokkerk natuurlijk. Aan de binnenkant valt al veel minder soberheid te beleven. En de achterkant van de kerk kreeg een gigantische gevel, om de pelgrims die Rome van deze kant binnenvielen te verwelkomen.

Gezwind stappen we richting Colosseum. Dat ligt te blinken in de zon. Net als het nabijgelegen Forum. Dat is voor een van de volgende dagen. Nu gaan we richting Trevifontein, Spaanse trappen en Galeria Borghese.
Er heerst een gezellige drukte in Rome. Auto’s, brommers, moto’s en bussen zijn standaard uitgerust met een toeter. Al de rest is optioneel. Sommige voetgangerslichten springen op groen,
maar zodra je één stap zet al op oranje. Vanaf dat moment is het sauve-qui-peut. Maar de meeste automobilisten stoppen heel correct als je oversteekt. De meeste wel.

Aan de Trevifontein heerst een gezellige drukte. Iedereen wil op de foto en sjacheraars proberen je vanalles aan te smeren. De grootste rommel eerst. Maar ze hebben te doen met doorwinterde Afrika-reizigers die de Afrikaanse verkopertjes van zich af geslagen hebben. Amateurs zijn het. Je zegt “no” en ze gaan weer weg.


Een beetje verder zit een massa volk van het zonnetje te genieten op de Spaanse trappen. Helaas wordt de obelisk momenteel opgeknapt en staat er een stelling met bijhorende H&M reclame rond. Weg uitzicht.
Achter de Spaanse trappen ligt het park Villa Borghese, met bijhorend paleis van de familie. Je komt de galeria niet binnen zonder reservatie en elk bezoek is beperkt tot twee uur. We zijn iets te vroeg e
n wandelen nog wat in het park, eten een hapje en gaan in de kelder van het paleis nog een koffie drinken. 90 cent als je die opdrinkt in de bar, 4 euro als je aan een tafeltje gaat zitten. Huh?
Een kwarti
ertje voor we binnen mogen staan we aan de ingang. Ondertussen is het beginnen te regenen en de venters die daarnet nog rotzooi verkochten hebben nu plots allemaal tientallen paraplu’s te koop. Wat slim. Maar we zijn Belgen en hebben natuurlijk ons eigen exemplaar bij.
Aan de ingang moeten zowel Nederlanders als Italianen hun ware aard tonen. Wie wacht nu netjes in een rij als je op allerlei manieren voor kan kruipen? Tss. De Nederlanders moeten dat dan ook nog met de nodige luidrucht doen.
De Galeria bevat enkele van de mooiste beelden en schilderijen uit de renaissance en is bovendien overdadig versierd met fresco’s en andere waanzinnig dure verschijnselen. We genieten van de ontvoering van Prosperina (Bernini). Napoleon had een lekkere zus. Haar afbeelding als Venus lijkt zo levensecht dat je denkt dat ze op een echt kussen ligt en niet op een marmeren exemplaar.

Na het bezoek aan de galeria regent het voor echt. We wandelen B&B-waarts en krijgen her en der paraplu’s aangeboden. Ondanks het feit dat we onder een paraplu lopen… Rare jongens, die Romeinen.
Op aanraden van Anna gaan we eten bij Giovanni, die eigenlijk Salvatore heet. Salvatore is een er Pools uitziende kleine dikke blonde Italiaan die geen woord spreekt als we binnenkomen. Naarmate de avond vordert komt hij los. Van God. Het eten is helaas niet om over naar huis te schrijven, de entourage evenmin.

Vrijdag.

Het regent oude wijven met pijpenstelen. We zijn precies in België. Ons goede humeur blijft echter onaantastbaar. We stappen gezwind richting Bocca della Verita. Onderweg komen we het theater tegen, waar in de middeleeuwen huizen op gebouwd werden en later een soortement burcht van gemaakt werd. De poort van Octavia. Twee tempels, waarvan eentje helaas volledig ingepakt met stelling. Onderweg zijn we nog getuige van een ongeval. Die Italianen rijden zoals ze praten. Veel te snel.


We durven onze hand niet in mond van de Bocca della Verita te steken. Waarschijnlijk zou hij niet alleen onze hand, maar heel onze arm en al afbijten. En heel hygiënisch kan dat toch niet zijn.
Op de terugweg stappen we de Capitolijnse musea binnen. Gewijd aan de antieke kunst. En met prachtig bovenaanzicht op het Forum.
Mooi mooi mooi.
We dwalen een uurtje of twee rond in het museum, maar dan is het tijd voor een hapje. We stappen de eerste de beste bar/cafeteria binnen en betalen 17 euro voor een boterham en een koffie. We waren namelijk gaan zitten.


(bemerk de prachtige trompe l'oeuil)

We hebben nog niet veel kerken gezien vandaag en maken dat snel goed. De Gésu is indrukwekkend. Zoveel kitsch aan de muren, de plafonds, de vloeren… De Jezuïeten waren precies geen sukkelaars.
We mogen het Forum niet meer op. Het is namelijk al 15u45. Dat zal dan voor een andere keer zijn. Gelukkig krijg je vanaf de Piazza Venezia en omringende straten een mooi beeld.

’s Avonds eten we onze eerste echte Italiaanse pizza. Een halve meter diameter en 2 mm dik. Bij benadering. Heerlijk.

Zaterdag.


(smurfen?)

Het weer is weer schitterend. We wandelen weer richting Colosseum. Daar staat een aanschuifrij van bij benadering 2 km. Of toch 1. Dat is ons toch te bar en we kerenwerom, het Forum op. Dat Forum moet dringend eens gestofzuigd worden. De ruïne van de basiliek kan slechts een suggestie geven van het indrukwekkende gebouw dat ze ooit geweest moet zijn. De Vestaalse maagden hadden het – enkele details niet te na gesproken – tamelijk goed voor elkaar. Zolang die vlam bleef branden toch. De tempels van Julius, Vespasianus en triomfbogen van allerlei keizers zouden prachtig in onze tuin staan.


(aanvalleuh!)

We wandelen van kerk naar paleis naar piazza. En we doen het shoppingkwartier aan. De ene superdeluxetopdesigner na de andere superdeluxemodeontwerper heeft er zijn winkeltje. We lopen helemaal tot de Piazza del Popolo. Een mooi symmetrisch plein in het noorden van de stad.

(de lekkerste espresso van Rome)

Op de terugweg hebben we zin in een pint. Nu heeft Rome vele attracties, café’s zijn daar geen van. Daarom opteren we voor een warme choco (het is ondertussen bitter koud). Als volleerde Romeinse cafégangers betaal ik aan de kassa (6 euri), stap naar de toog, bestel twee warme cécémels en we lopen naar een tafeltje. Op het moment dat we willen gaan zitten stormt een madam op ons af. Dat we daar niet mogen zitten. Hoeveel we wel betaald hebben? Wie we wel denken te zijn? Oeps. In Rome betaal je om te mogen zitten. Ge denkt toch niet dat ge voor 3 euro voor ne choco ne stoel krijgt. Neen. Om van het voorrecht te mogen genieten om op een stoel te mogen gaan zitten, betaal je 6 euro voor die chocomelk. Staand aan de toog drinken we onze chocomelk op. ’t Is wel lekkere chocomelk.

Zondag. Arrividerci Hans.
Vandaag gaan we op bezoek bij de paus. Met de metro reizen we naar het Vaticaan. De Vaticaanse musea staan op het programma. Driewerf helaas. Drie zondagen op vier zijn die gesloten, de vierde zondag is het gratis. Vandaag zijn ze gesloten.
De basiliek is wel open op zondag. We opteren om meteen de koepel te beklimmen. Nu we nog fris zijn. En natuurlijk nemen we de trap, niet de lift. Een kleine 300 treden later staan we in de koepel van Michelangelo. We krijgen een indrukwekkend zicht op de binnenkant van de kerk en het baldakijn boven het altaar.
Na een dikke 550 treden (zo van die vervelende waar je twee stappen op moet zetten zodat je telkens met hetzelfde been de volgende trede inneemt) staan we aan het bovenlicht. Rome aan onze voeten.
Het Sint Pietersplein is al goed aan het vollopen. De rij wachtenden om de basiliek binnen te gaan is ondertussen aangegroeid tot een lange miljoenpoot die driekwart van het plein beslaat.
De Apennijnen verbergen zich een beetje in de nevel, maar Rome zelf geniet van een stralend zonnetje.

We dalen 550 andere treden af en komen binnengevallen in de basiliek. De mis is net bezig, dus we mogen niet helemaal rond. De Sint Pieter heeft ook zijn Villa-kapel. Daarin een pietà van Michelangelo die ooit beschadigd werd. Spijtige zaak. Michelangelo houwde dit beeld toen hij 25 was. Wat deden wij toen we 25 waren? Juist, aanmodderen. Of wacht, dat was een retorische vraag.
Met de bedenking dat de katholieke kerk in Rome alleen in staat is om de honger de wereld uit te helpen stappen we het Sint Pietersplein op. Het is even voor 12. En zondag. De paus gaat ons zegenen. Een moment in de geschiedenis dat we niet mogen missen natuurlijk.
De menigte zingt liedjes. We kennen de liedjes niet, maar laten ons niet onbetuigd. Ook wij heffen een jubelend “De zak van Sinterklaas” aan. Tot lichte ergernis van enkele omstaanders. Aan onze zangkwaliteiten kan het niet liggen. Toch?


(de paus, met telelens getrokken... de luipaarden in Afrika zaten dichter)

De paus doet zijn stand-up vanop het balkon. De menigte raakt in een lichte euforie. Zijn dit de gevolgen van een zegening? Ik voel alvast geen verschil. Maar we zijn gesterkt in ons besef dat de weg naar de hemel nu helemaal open ligt. Het mag ook wel, we hebben de laatste dagen de binnenkant van meer kerken gezien dan in ons hele leven.

Het Castel Sant Angelo, aanvankelijk een grafmonumentje, is via een onderaardse gang verbonden met het Vaticaan. Wij opteren vanwege het zonnetje voor de bovengrondse verbinding. Op het oorspronkelijke mausoleum werd een burcht gebouwd. Het kasteel heeft in het verleden frisse oorlogen en vrolijke terechtstellingen meegemaakt.
Angelo zelf staat op het dak. Hij werd gemaakt door een Vlaming. Heldhaftig trekt hij zijn zwaard. Waarschijnlijk om de antenne om te hakken.

Daarna trekken we de stad weer in. We passeren de Piazza Navona en de Campo de Fiori. Daar landen we op een terrasje. De keuze tussen twee glazen wijn voor 10 euro, of een fles voor 20 is snel gemaakt. Of het aan de wijn lag of aan iets anders weten we niet, maar het restaurant waarnaar we daarna op zoek gaan blijkt mysterieus verdwenen.
Op de lange trap naar de kamer krijgen we nog ongeloofelijk de slappe lach met het dansje van Wendie op de tonen van Arrividerci Hans. Ge moest er bij geweest zijn.

We sluiten het weekend Rome af in de Pizzeria, alwaar een – onvriendelijke is een te hard woord – ober inbindt als hij de verkeerde bestelling brengt.

Maandag.

De busreis naar Ciamponi duurt langer dan vorige week in de andere richting. Met een bus door de Romeinse maandagochtendspits is een hel. De buschauffeur denkt ook dat we het koud hebben en stookt alsof we in de sauna zitten.
Op het vliegtuig zitten we naast een Nederlandse dame. Ze lijkt nerveus en vindt het niet leuk dat we onze bagage onder onze stoel zetten in plaats van in een overvol “overhead bakske” te proppen. Dat mag niet hoor.
Als we vlak voor de daling wat last hebben van hevige turbulentie, gieren we het uit van de pret. Disneyland! Woohoo! De dame naast ons is not amused. Integendeel. Ze barst in tranen uit. Ziet haar leven voorbij flitsen. Ik ben bang dat ze zo dadelijk over me heen kotst. Het cabinepersoneel is attent en bezorgd. Het is niet mooi van ons, we weten het, maar we vinden het een beetje lachwekkend.
Bij de landing hebben we de indruk dat de piloot zich een beetje verkijkt op de lengte van de landingsbaan, maar alles verloopt prima.
Daarna begint de langzame terugkeer naar de beschaving. De reis van de Walen naar de Vlamen is... euhm... boeiend.

4 opmerkingen:

Shi Meng zei

waw mooie foto van de 'Dolce Vita' - fontein ... straks nog een beetje verder lezen :)

Saar zei

Geen speciale vermelding voor de toestand in het doorsnee Italiaanse toilet?!

wobble zei

het toilet in de McDonalds was zeker een aanrader. Voor fans van het betere scatologische kunstwerk...

Shi Meng zei

was er dan geen prijsverschil in het neerzitten of recht staan?